zaterdag 26 april 2014

Te veel

Ze wist het zéker. Zij ook. Ze hadden elkaar gezien. Ze hadden op dezelfde manier naar elkaar gekeken. Ze botsten bijna tegen elkaar op, dichter dan ze ooit bij elkaar in de buurt hadden willen zijn. Ze keken langer naar elkaar dan onbekenden. Ze keken elkaar recht in de ogen. Peilden. Spiegelden. Ze keken weg en lieten het besef tot diep in hun lichamen doordringen. Ze lazen elkaar, daar op dat moment. Met hun ogen zeiden ze alles wat ze van elkaar wisten. De schaamte. De schrik. Snel. Weg. Ze liepen door, keken achterom. De herkenning. Ze stonden stil en keken nóg een keer om. Was ze het echt? Tegelijk. Temidden van al die mensen. Ja. Zij was het. Zij. De schaarse maar oneindige hoeveelheid informatie die ze over elkaar hadden, kwam overeen met het beeld. 

Ze hadden niets tegen elkaar gezegd en zouden dat ook nooit doen, zeker geen sorry -voor het botsen of het niets-, maar de blik in hun ogen was dezelfde. De schrik omdat zij het ook zag, de vertwijfeling, het oordeel, de afkeer en de verbazing. De woede. Ze volgden elkaar in een razendsnel tempo op. Ze durfden niet nóg een keer achterom te kijken. Ze wisten van elkaars bestaan en daar moest het maar bij blijven, ook nu ze echt was. Toch was het te veel. Al lang te veel. Maar daar kon zij ook niets aan doen. Net als zij. 

4 opmerkingen:

  1. Maar nu ben ik de hele tijd benieuwd: WAT was er gebeurd tussen die twee?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Bevreemdend schrijven, in die zin dat het verschrikkelijk mijn nieuwsgierigheid prikkelt - wat is het verhaal achter het verhaal van die twee???

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Jezelf op straat tegenkomen is altijd lastig. Mooi beschreven!

    BeantwoordenVerwijderen