Het was duidelijk hoe hij dacht over het verschil tussen hen. De woorden echoden na in haar hoofd. Hoe kon het dat hij haar zo zag? Kwam zij werkelijk zo over, of zat dat alleen in zijn hoofd? Had zij zelf bijgedragen aan dit beeld? In hoeverre was zij verantwoordelijk voor de manier waarop hij haar zag?
Natuurlijk, ze kon hard zijn. Vaker hadden mensen haar ervan beticht nogal zwart-wit te kunnen denken, zich zo althans te uiten. Het deel achter de komma vond ze nodig toe te voegen. Ze kon zich veel resoluter uitdrukken dan hoe de grijze ideeën in haar hoofd zweefden, maar ze deed dit heel bewust. Niet bij iedereen, niet altijd, maar bij hem wel, nu wel. Om tegenwicht te bieden. Om duidelijk te zijn. Om tot denken aan te zetten, wellicht. Ze wist precies wanneer ze haar mening liet gelden en wanneer niet. Ze deed dat niet bijzonder vaak, maar áls ze het deed, dan was dit stellig. Ze koos die momenten zorgvuldig. Niet altijd vond ze het nodig. Niet altijd waren de gevolgen even belangrijk. Niet altijd was het de energie waard. Niet altijd deed het ertoe. Niet echt. Over onbenullige zaken haalde ze haar schouders op. Ze kon onmogelijk strijden voor ieder detail in de wereld. Er waren genoeg zaken waar ze domweg de interesse niet voor op kon brengen. Dat nam ze zichzelf niet kwalijk.
Nu ging ze wél de strijd aan. Omdat hij het was die dit zei. Omdat hij een beeld van haar had waar ze zich onmogelijk in kon vinden. Ze had het geprobeerd, uit alle macht. Ze probeerde zich in te leven in hem. Ze probeerde door zijn ogen naar zichzelf te kijken, maar het lukte niet: ze zag niet wat hij zag. Ze kon zijn gedachtekronkel niet volgen. Ze begréép hem niet. Het was iets anders dan het oneens zijn met iemand. Fundamenteel anders. Ook als ze het oneens was met iemand, kon ze vaak nog wel begrijpen waarom iemand zo dacht. Dan wond ze zich er niet over op. Dat kon ze gauw genoeg loslaten, maar dit leek nergens op gebaseerd. Dit kon ze niet plaatsen. Had zij hem ooit aanleiding gegeven voor de gedachte die hij had over haar? Ze ging haar gangen na. Ze spitte in het verleden. Ze wilde haar beeld helder krijgen - zijn beeld.
Ze vroeg hem ernaar, natuurlijk, maar hij was meer het type dat standpunten en oordelen poneerde, zonder daar argumentatie aan toe te voegen. Hij kon beter schreeuwen dan praten. Hij was beter in monologen dan in dialogen. Ze vond geen ingang. Geen enkele. Alles wat ze had, was de echo in haar hoofd.
Mooi dit. Er zijn mensen die nou eenmaal zien wat ze willen zien. Je kan op je kop gaan staan als je dat wilt, maar je kunt er niets aan veranderen. Ze willen het gewoon zo zien. Als ze het anders hadden willen zien, deden ze dat.
BeantwoordenVerwijderenIk hoop niet dat je het erg vindt maar ik heb je aan mijn blogrol toegevoegd. Als je het niet leuk vindt moet je het maar zeggen, dan haal ik je link weer weg. Maar ik vind dat je mooi schrijft, vandaar.
Groetjes,
Natuurlijk vind ik dat niet erg, leuk juist! Je staat ook al in mijn rijtje.
VerwijderenSoms ziet een ander kraakhelder datgene wat iemand door eigen referentiekader en daarbij mogelijk aanwezig zijnde blinde vlek, niet ziet/wil zien/weg filtert.
BeantwoordenVerwijderenWaarbij dit beeld proberen te onderbouwen wellicht leidt tot wegfiltering en het niet onderbouwen allicht eerder leidt tot zelfinzicht.
Het beeld dat door haar wordt beschreven en door meerdere incl. haarzelf wordt bevestigd en tegelijk wordt het beeld dat hij van haar heeft niet begrepen door haar.
Ze begrijpt zichzelf kennelijk niet en is daarmee al weer een stap verder in zelfinzicht.
;p